Weerstandsvermogen

Weerstandsvermogen is het vermogen van de gemeente om financiële tegenvallers op te kunnen vangen zonder dat dit invloed heeft op het uitvoeren van de programma’s.

Ratio weerstandsvermogen = Beschikbare weerstandscapaciteit : Benodigde weerstandscapaciteit

Beschikbaar weerstandsvermogen

Het beschikbaar weerstandsvermogen bestaat uit de middelen waarover de gemeente beschikt of kan beschikken om financiële risico’s (niet begrote kosten of tegenvallende opbrengsten) op te vangen. Dit is de som van de algemene reserve, de reserve sociaal domein en het saldo van mutaties in de exploitatiesfeer, voor zover dit saldo wordt toegevoegd aan de algemene reserve of de reserve sociaal domein.

De ontwikkeling van het beschikbaar weerstandsvermogen fluctueert met de jaarlijkse inkomsten en uitgaven van de gemeente Gouda. Het traceren van het beschikbaar weerstandsvermogen is begin 2019 aangescherpt, opdat een beter beeld wordt verkregen van dit beschikbaar weerstandsvermogen.

In onderstaande tabel is de ontwikkeling meerjarig weergegeven. Aangezien het niet zeker is dat de begrote resultaten ook daadwerkelijk gerealiseerd gaan worden en aangezien de bestemming van het rekeningresultaat voorbehouden is aan de gemeenteraad, kan het beschikbare weerstandsvermogen wijzigen als gevolg van het daadwerkelijk gerealiseerde resultaat en van besluitvorming in de gemeenteraad.

Omschrijving (bedragen * € 1.000)

2021
na resultaat /
1e begr.wijz. 2020

2022

2023

2024

stand per 1 januari

Algemene reserve

26.652

26.961

30.207

33.936

Reserve sociaal domein

1.807

1.207

Beschikbaar weerstandsvermogen

28.459

28.169

30.207

33.936

De startpositie per 1 januari 2021 correspondeert met de jaarstukken 2019, voordat besluitvorming ten aanzien van het rekeningresultaat heeft plaatsgevonden. Vervolgens is de resultaatbestemming verwerkt. In 2020 heeft ook al besluitvorming met betrekking tot de eerste begrotingswijziging plaatsgevonden, zodat ook deze in de bovenstaande tabel is opgenomen. Dit leidt dan tot een beschikbaar weerstandsvermogen van € 28.459.000 ultimo 2020.

In de oorspronkelijke meerjarenraming waren al mutaties in de algemene reserve en in de reserve sociaal domein opgenomen. Deze zijn eveneens in de bovenstaande tabel opgenomen per jaar, opdat een meer zuiver beeld van de ontwikkeling van het beschikbaar vermogen wordt weergegeven. Daarnaast zijn de mutaties die worden voorgesteld in deze programmabegroting meegenomen. Uiteindelijk leidt dit tot een beschikbaar weerstandsvermogen van € 33.936.000 begin 2024. Hierbij zij nadrukkelijk vermeld, dat de tweede begrotingswijziging en de besluitvorming ten aanzien van deze begroting zelf, nog niet in het bovenstaande beeld is meegenomen. Naar verwachting zal het beschikbare weerstandsvermogen dalen, als deze twee onderdelen worden meegenomen.

Benodigd weerstandsvermogen

Het benodigd weerstandsvermogen is een optelsom van alle risico’s waarvoor geen beheersmaatregelen zijn getroffen. Voor het berekenen van het benodigd weerstandsvermogen maakt de gemeente Gouda een onderscheid tussen risico’s verbonden aan grondexploitaties en overige risico’s. De risico’s verbonden aan grondexploitaties worden gekwantificeerd met behulp van de IFLO-methode. Daarbij wordt een risico-opslag van 10% gehanteerd met betrekking tot de toekomstige opbrengsten en de toekomstige kosten. De overige risico’s (going concern) worden gekwantificeerd met behulp van een Monte Carlo simulatie. Beide methoden zijn begin 2019 verder verfijnd om in deze begroting een zo goed mogelijk beeld te geven van het benodigd weerstandsvermogen.

In onderstaand tabel worden de risico’s met de grootste financiële impact toegelicht.

Risico categorie

Sub aanduiding

Toelichting

Grondexploitaties

Bouwplannen
en
projecten

Westergouwe

In september 2018 heeft de raad fase 3 toegevoegd aan fase 1 en 2 van de grondexploitatie Westergouwe. Fase 1 is zo goed als gereed en bevat nagenoeg geen risico’s meer. Ook de risico’s bij fase 2 nemen steeds verder af omdat er stap voor stap meer zekerheid komt over kosten en opbrengsten. Fase 2 is in aanbouw en voor het merendeel van de te realiseren opbrengsten zijn contracten gesloten of zijn de opbrengsten al gerealiseerd. Voor fase 3 fase drie bestaat meer onzekerheid over kosten en opbrengsten. Het stedenbouwkundig plan is nagenoeg gereed, de voorbereidingen voor de gronduitgifte worden getroffen en de gronden worden op dit moment voorzien van de benodigde voorbelasting.

Spoorzone

Het risico is beperkt. De kavel tussen de Rabobank en de Bioscoop is grotendeels bouwrijp en moet nog worden verkocht.
Een Goudse woningcorporatie is voornemens het bouwkavel aan te kopen voor het realiseren van sociale huurwoningen. De wijziging van het bestemmingsplan is in voorbereiding.

Materiele Vaste Activa

Gouda bezit een voorraad potentiele bouwgronden langs de spoorzone en rondom
Westergouwe fase 1 die in de toekomst geschikt zijn voor bebouwing. Deze gronden worden gefaseerd in exploitatie genomen. De omvang van de ontwikkellocatie en daadwerkelijke bestemming volgt de actuele marktvraag.
De percelen langs de spoorzone hebben een kantoorbestemming.
De vraag naar nieuwbouwwoningen is momenteel groot.
De VON prijzen van woningen stijgen – helaas stijgen ook de bouwkosten.
Dit kan in combinatie met de beperkte bouwcapaciteit de grondwaardes onder druk zetten. De waarde van toekomstige bouwgronden hangt samen met het gekozen bouwprogramma.
Ambities en aanvullende eisen bepalen de daadwerkelijke grondprijs.
Dergelijke eisen zijn grotendeels gemeentelijke keuzes. Marktrisico’s zijn moeilijker te beïnvloeden – wel kan door de gekozen fasering en kleinschalige deelgebieden snel worden ingespeeld op veranderingen in de vraag.

Grondbank

Voor de Grondbank heeft de gemeente Gouda een voorziening getroffen. Het risico bestaat dat deze voorziening niet hoog genoeg is. De gemeente Zuidplas heeft besloten om in 2020 samen met de partners tot een definitieve ontwikkelingsvisie voor het Middengebied van de Zuidplaspolder te komen voor de realisatie van ten minste 4000 woningen. In 2021 zullen de gronden van de Grondbank worden getaxeerd na bestuurlijke besluitvorming over deze ontwikkelingsvisie van het Middengebied. De verwachting is dat in 2021 ten opzichte van 2020 een positieve wijziging van de waarde van de gronden zal plaatsvinden. Medio 2021 wordt dan ook duidelijk of de voorziening toereikend is.

Omschrijving

Risicogebied

Going Concern

Frauderisico

Fraude is het bevoordelen van jezelf of een ander middels opzettelijk wederrechtelijk handelen. Bepalend voor fraude zijn dus de elementen bevoordeling en opzettelijke strijdigheid met wet- en regelgeving. Iedere organisatie loopt het risico om slachtoffer te worden van fraude. Om tegen dit risico te wapenen worden beheersmaatregelen getroffen. Desondanks is het risico op fraude niet uit te sluiten. Het frauderisico bestaat uit drie elementen:
• incentive/druk: er is een druk ontstaan voor een individu of een organisatie om te gaan frauderen.
• gelegenheid: onvoldoende beheersmaatregelen in de organisatie kunnen zorgen dat het voor een persoon of een organisatie(onderdeel) mogelijk is om te frauderen;
• houding/rechtvaardiging: de frauderende persoon of organisatie moet het voor zichzelf kunnen rechtvaardigen dat het plaatsvindt

Het risico op fraude is niet verzekerd en is daarom opgenomen in de weerstands-paragraaf. Door de ToZo-regeling is het risico op misbruik en fraude toegenomen.

Risk & Compliance / Control

Niet voldoen aan Privacy Wetgeving (AVG)

Gemeenten verwerken voor de uitvoering van hun taken persoonsgegevens. Op grond van de op 25 mei 2018 in werking getreden Europese Algemene Verordening Persoonsgegevens zijn gemeenten ertoe gehouden om zorgvuldige verwerking van deze gegevens aantoonbaar te waarborgen. De nieuwe wetgeving is stevig, onder andere door het stellen van hoge boetes. Daarnaast zijn de inhoudelijke eisen streng, zoals het aanstellen van een data protection officer, het uitvoeren van risico-analyses, zogenoemde privacy impact assessments (PIA’s) en het hebben van een actueel verwerkingenregister. Het risico blijft altijd aanwezig dat persoonsgegevens onzorgvuldig worden verwerkt, waaruit datalekken kunnen ontstaan. Dit kan leiden tot financiële schade, zoals opgelegde boetes. Ook kunnen datalekken of incidenten betrokkenen ernstig schaden en kan imagoschade ontstaan voor de organisatie als een lek of incident bijvoorbeeld in de media veel aandacht krijgt.

AVG-Privacy

Vorderingen op personen/ bedrijven zijn niet te innen

Het toepassen van bestuursdwang (artikel 5.3.1 Awb) is een van de handhavingsinstrumenten die gemeenten hebben tegen overtredingen van de wet en illegale situaties. Het risico bestaat dat de dwangsom vervolgens niet geïnd kan worden. Dit geldt ook voor andere vorderingen die de gemeente heeft op personen of bedrijven.

Financiën

Aansprakelijkheid en nadeel-
compensatie

Niet of onvoldoende nakomen van contractuele afspraken en toezeggingen, onzorgvuldig handelen of onjuiste toepassing van regelgeving kan ertoe leiden dat de gemeente aansprakelijk wordt gesteld voor schade. Deze schade kan ontstaan in het openbaar gebied (letselschade, materiële schade, evenementen etc.) of door handelen/nalaten gemeente (onterecht weigeren/verlenen vergunning, werken in de openbare ruimte). Het gaat hierbij om grotere schades die niet worden gedekt door de verzekering (contractuele aansprakelijkheid) of boven de dekking uitgaan.

De gemeente kan ook aansprakelijk worden gesteld voor schade als gevolg van op zichzelf rechtmatig handelen, bv. door werkzaamheden in het openbaar gebied doordat winkels en of bedrijven moeilijk bereikbaar zijn (gederfde winst). De drempel om in aanmerking te komen voor nadeelcompensatie is relatief hoog zodat de kans van optreden laag wordt ingeschat en het risico niet wordt meegenomen in het berekenen van de weerstandscapaciteit.

Bestuur & Management

Geheugen van Gouda

Het Geheugen van Gouda is een groots opgezet programma waarbij een centraal organisatiegeheugen wordt opgezet met een focus op zaakgericht werken en centrale opslag van documenten.

Belangrijkste risico´s zijn:
De capaciteit/ bemensing van het programma. Digivaardigheid van de organisatie, risico dat niet alle medewerkers mee kunnen of willen. Samenhang/ afhankelijkheden met andere programma's (bijv. Omgevingswet, sociaal domein). Verantwoordelijkheid/ eigenaarschap van het management, bij overdracht van de taken naar de lijn. Afhankelijkheid van leveranciers met vertragingen als gevolg.

ICT

Beroep op borgstellingen

Het risico van borgstellingen is dat de betreffende instelling waarvoor de gemeente borg staat zijn financiële verplichtingen uit de lening niet meer kan nakomen. In dat geval wordt door de bank aanspraak gemaakt op de borgstelling . Om deze risicopositie te mitigeren vestigen we zo veel mogelijk zekerheden. Hoogste risico zijn de borgstellingen waar de minste zekerheden zijn gesteld.

De boekwaarde van het totaal aan borgstellingen met hoger/hoog risicoprofiel is € 7.902.000 en het totaal aan borgstellingen met een lager risicoprofiel € 22.665.000. Hoogste risico's betreffen de borgstellingen op een door de Stichting Cheese Experience Gouda bij BNG Bank gesloten geldlening tot een maximaal borgstellingsbedrag van € 3 miljoen en de borgstelling op een door de Stichting Schouwburgcomplex bij ABNAMRO gesloten geldlening tot met een huidige schuldrest van € 4 miljoen. Op beide borgstellingen zijn gevestigde zekerheden van toepassing. Voor de Stichting Cheese Experience Gouda bestaan deze uit gevestigde pandrechten. Voor Stichting Schouwburgcomplex bestaan deze uit een recht van 1e hypotheek op het pand van de Cinema en gevestigde pandrechten.

Treasury

Stijgende bouwprijzen

De economische groei leidt tot toenemende druk op de bouwkosten. Dit wordt onder andere veroorzaakt door de toenemende vraag, tekort aan capaciteit en daarmee samenhangende hogere (loon)kosten. Deze toenemende druk vormt met name een financieel risico voor investeringsprojecten die nog aanbesteed worden of in uitvoering komen.

Aanbesteding

Langdurige stroomuitval

Langdurige stroomuitval brengt de continuïteit van de dienstverlening in gevaar. De kans dat de elektriciteit langdurig uitvalt, wordt klein geacht. Ook zijn de nodige waarborgen ingebouwd (bijvoorbeeld noodaggregaat; noodaggregaat ondersteunt overigens niet alles, alleen meldkamer bestuurscentrum en enkele andere voorzieningen). Het kan voor komen dat één of meerdere ict-voorzieningen (langdurig) niet beschikbaar zijn. Hierdoor kunnen problemen ontstaan. Het kan bijvoorbeeld zijn dat bepaalde producten of diensten niet kunnen worden afgegeven of dat beveiligingssystemen niet werken. Hoewel de kans op uitval klein wordt geschat, kan de impact groot zijn.
Bijkomend risico is dat de ict ondersteuning van andere gemeenten mogelijk niet kunnen worden uitgevoerd. Dit kan weer leiden tot mogelijke schade claims. Daarnaast kan imagoschade optreden. Risico is dat je aansprakelijk gesteld wordt door burgers/ bedrijven die daardoor persoonlijke schade hebben opgelopen.

Faciltair

Bedrijfsvoering overig

De overige risico´s inzake bedrijfsvoering (BDV) zijn de risico´s waardoor de continuïteit van de bedrijfsvoering in gevaar komt zoals uitval, langdurige ziektes, grote uitstroom en problemen met invullen vacatures.

Bestuur & Management

Informatieveilig-
heid en Cybercrime

Cybercrime is een vorm van digitale criminaliteit waarbij internetcriminelen inbreken op bijvoorbeeld een computer, telefoon of het complete netwerk van een organisatie. ICT is bij deze vorm van criminaliteit het doel én het middel. ‘Malware’, ‘ransomware’ en ‘phishing’ zijn de meest voorkomende vormen van cybercriminaliteit. Cybercriminelen gebruiken daarvoor onder meer computervirussen of kwaadaardige en schadelijke software. Bij ransomware worden bestanden ontoegankelijk gemaakt totdat het slachtoffer betaalt. Dit soort aanvallen worden steeds groter en vernuftiger, waarbij bedrijven en organisaties bewust worden aangevallen (in december 2019 de Universiteit van Maastricht). Dit kan leiden tot langere uitval van ICT systeem of zelfs financiële schade door het betalen van losgeld.

Door het uitvoeren van de Baseline Informatiebeveiliging Overheid wordt via 103 controls en bijbehorende verplichte maatregelen de gemeentelijke informatievoorziening beschermt. Hoe een maatregel wordt ingezet hangt af van risico-analyse en kosten/baten analyse waarbij de proceseigenaar nu kan kiezen uit 3 niveaus van beveiligen op basis van het onderkende belang. Ondanks dat gestreefd wordt naar optimale informatieveiligheid is 100% een illusie.

Ten aanzien van beschikbaarheid kan het voorkomen dat een kritieke enkelvoudige glasvezel verbinding wordt verbroken waardoor ICT-voorzieningen niet of beperkt beschikbaar zijn totdat de verbinding is hersteld (backups en recovery). Continuïteit van de dienstverlening komt daardoor in gevaar (burgerservicezaken, handhaving, uitkeringen, vergunningen, enz).

Gemeente Gouda verzorgt ook de ICT voor de gemeentes Waddinxveen en Zuidplas. Bij incidenten bestaat hierbij de kans op claims omdat wij de gevraagde dienstverlening niet kunnen leveren.

ICT

Open einde regeling WMO

De Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) is een open-einde regelingen en kent daardoor geen bestedingsplafond. Hierdoor moet de gemeente ondersteuning blijven leveren aan haar inwoners, ook als het budget voor het betreffende jaar niet toereikend is. Wmo doet de gemeente zelf.

Voor de voorzieningen Wmo is een abonnementstarief ingevoerd. Door het invoeren van een abonnementstarief voor Wmo-voorzieningen worden minder eigen bijdragen ontvangen en extra kosten gemaakt door de mogelijke toenemende vraag naar Wmo- maatwerkvoorzieningen. Invoering van het abonnementstarief kan een aanzuigende werking hebben.

WMO

Verzakkingen woonwagen-
locaties

Risico is dat de gemeente extra kosten moet maken om verzakkingen van de woonwagenlocaties tegen te gaan. Aantal van de woonwagenlocaties in eigendom van de gemeente hebben te maken met verzakkingen. Als verhuurder zijn wij verantwoordelijk voor een goede woonplek en dus ook een goed ondergrond. Om verzakkingen tegen te gaan worden betonplaten geplaatst of walmuren versterkt. Kosten hiervan zijn circa € 100.000 per plek.

De gemeente heeft vier woonwagenlocaties in bezit. Met name de locatie aan Goudkade is het meest urgent. De onderhoudsmiddelen zijn mogelijk niet toereikend.

Beheer Openbare Ruimte

Einde economische levensduur civieltechnische kunstwerken

Een aantal van de civieltechnische kunstwerken (bruggen, viaducten, tunnels en walmuren) zijn bijna aan het einde van de economische levensduur. Deze bouwwerken worden normaal in 80 jaar afgeschreven. Dan moet besloten worden of deze worden vervangen of groot onderhoud moet worden gepleegd. Het risico is dat de kosten groter zijn dan het budget wat daarvoor beschikbaar is. Op dit moment vinden de inspecties plaats. Meeste kosten zitten in het beheerplan wat aan het eind van 2020 wordt herijkt.

Beheer Openbare Ruimte

Specifieke Uitkeringen (SiSa)

De gemeente ontvangt allerlei specifieke uitkeringen welke verantwoord dienen te worden via de systematiek van Single Information Single Audit (SISA). Indien de verantwoording niet of onvoldoende invulling krijgt, loopt de gemeente het risico dat de uitkering niet als een rechtmatige besteding wordt aangemerkt en terugbetaald moet worden. Naast het risico van terugbetaling, bestaat er een financieel risico als gevolg van extra werkzaamheden door de accountant en/of ambtelijke inzet.

Als indicator kan het accountantsverslag dienen. Indien er een onzekerheid optreedt, wordt het gehele bedrag teruggevorderd.

Control

Saldo financierings-
functie valt lager uit
dan begroot

Betreft het taakveld treasury:
Volumerisico is het risico dat er een mismatch is tussen de werkelijke en de begrote financieringsbehoefte. Als het werkelijk investeringsniveau lager uitvalt dan ingeschat leidt dit tot een intern rentenadeel, doordat er minder doorbelast kan worden aan het betreffende project. Voor het onttrekken van geld, betaalt de gemeente een vergoeding (rente). De rente wordt vervolgens intern doorbelast aan het betreffende project of dienstonderdeel. Voor het doorbelasten wordt vanaf 2018 een omslagrente gehanteerd en gefixeerd in de begroting. Dit brengt financiële en beheerstechnische risico's met zich mee. Omslagrente is als gevolg van hetgeen het BBV voorschrijft aangepast van 4% vanaf 2017 naar 2,75% in 2019 en ingaande 2020 naar 2,25%.

Treasury

Lagere uitkeringen vanuit het Rijk

Risico is dat de inkomsten uit het Rijk lager uitvallen dan in de begroting is geraamd. Algemene en specifieke uitkeringen bepalen voor 63% van onze inkomsten zijn we hiervan afhankelijk (bron: jaarrekening 2018). Lagere inkomsten leiden tot een tegenvaller in de begroting. Om structurele tegenvallers op te vangen moeten inkomsten worden verhoogd of kosten worden verlaagd.

De Algemene Uitkering kan lager uitvallen door ontwikkelingen in het accres (het fonds is via de normeringssystematiek gekoppeld aan de ontwikkeling van de accres relevante uitgaven (ARU) van het Rijk; ontwikkelingen in de verdeelmaatstaven (bijvoorbeeld aantal inwoners / woonruimten); effecten van taakmutaties (bijvoorbeeld bij nieuwe taken voor gemeenten.

Financiën

Rampen en crises

Dit risico is de verzameling van alle veiligheidsrisico´s: overstromingen, ordeverstoringen, treinongevallen, terrorisme. Hieronder worden per categorie de belangrijkste risicoś genoemd.

Natuur en Milieu:
- Overstromingen (omdat Gouda een laaggelegen gebied is en aan een grote rivier ligt)
- Extreme weersomstandigheden (droogte, extreme neerslag, windhozen)

Voorzieningen:
- Verstoring gasvoorziening
- Verstoring elektriciteitsvoorziening
- Verstoring drinkwatervoorziening

Gebouwde omgeving:
- Grote branden
- Instorting

Vervoer
- Spoorvervoerincidenten (vervoer gevaarlijke stoffen)
- Wegvervoerincidenten

Gezondheid:
- Pandemie

Publieke veiligheid: (dat veroorzaakt de hogere kans)
- Extreem geweld (grotere kans door Covid19)
- Verstoring openbare orde (grotere kans door Covid19)

Openbare Orde en Veiligheid

Prijsstijging tarieven Jeugd en WMO

Conform de Wmo en Jeugdwet is de gemeente verplicht reële tarieven te rekenen voor de ingekochte maatwerkvoorzieningen Wmo en Jeugd. Op basis van recente jurisprudentie en klachten van aanbieders vindt er momenteel een herijking van de tarieven plaats in overleg met aanbieders. Het risico is dat dit gaat leiden tot prijsstijgingen van de tarieven. Voor Hulp bij het huishouden heeft dat in maart 2020 al tot een eerste prijsstijging geleid. Ook de CAO ontwikkeling is hierbij van belang, maar die zijn nog niet allen bekend.

Jeugdzorg

Open einde regeling Jeugd

De Wet jeugdzorg is een open-einde regelingen en kent daardoor geen bestedingsplafond. Hierdoor moet de gemeente ondersteuning blijven leveren aan haar inwoners, ook als het budget voor het betreffende jaar niet toereikend is. Jeugd advisering wordt door de Sociaal Teams uitgevoerd. Er wordt met lokale en regionale partners samengewerkt, waarbij gemeente Gouda maatwerkvoorzieningen levert en optreedt op als financier.

Extra groei, bovenop de geraamde groei, van de jeugdzorguitgaven blijft een risico. Als de zorgvraag hoger ligt dan geraamd is de gemeente wettelijk verplicht deze te leveren.

Jeugdzorg

Borgstelling via het Waarborgfonds Eigen Woningen (WEW) en WSW-borgstellingen voor woningcorporaties

Dit risico betreft aan particulieren en aan woningcorporaties verstrekte geldleningen waarvoor waarborgfondsen optreden als borg; de gemeente fungeert als achtervang (als secundaire of tertiaire zekerheid). De gemeente zal pas op deze borgstellingen worden aangesproken als het garantievermogen van de waarborgfondsen onvoldoende is om de betalingsverplichtingen voor rente en aflossing van de gewaarborgde geldleningen over te nemen van de in gebreke blijvende instelling.

De kans dat de gemeente op deze achtervangpositie wordt aangesproken, wordt zeer klein geacht. Indien dat toch gebeurt, zal de aanspraak eerst op basis van 50/50 worden verdeeld tussen Rijk en gemeenten waarna het deel dat aan de gemeenten wordt toebedeeld op basis van een bepaalde verdeelsleutel wordt omgeslagen naar de deelnemende gemeenten. Het eventueel voor Gouda resterende deel zal nooit meer zijn dan globaal 5% van het garantiebedrag en bestaan uit het verstrekken van een renteloze lening aan het betreffende waarborgfonds. Het eventuele netto verlies voor de gemeente bestaat derhalve uit derving van rentevergoeding op de verstrekte renteloze geldlening.

Treasury

Integraal Huisvestingsplan (IHP)

De gemeente heeft de wettelijke taak scholen van adequate huisvesting te voorzien. Een deel van de schoolgebouwen is aan het eind van hun levensduur en voldoet zowel functioneel als technisch niet meer aan de eisen van deze tijd. Samen met de schoolbesturen en een extern adviesbureau is een integraal huisvestingsplan (IHP) opgeleverd voor de komende vijftien jaar. Op basis van gezamenlijke uitgangspunten en een quickscan van gebouwen zijn verschillende scenario’s voor herschikking, nieuwbouw en renovatie van schoolgebouwen uitgewerkt.

Het organiseren en bouwen van veel schoolgebouwen levert een aantal risico’s op. Belangrijkste zijn:
- Het risico dat kredieten onderwijshuisvesting overschreden worden en dat als gevolg daarvan de kapitaallasten voor de gemeente toenemen, eventueel in combinatie met een stijging van de schuldquote.
• Het risico dat schoolbesturen (bijvoorbeeld door onvoorziene omstandigheden) tijdens de rit uitstappen en zich niet meer committeren aan het IHP.
• Het risico dat de implementatie van het IHP vertraging oploopt als gevolg van onvoorziene omstandigheden.
• Het risico dat de sturing en governance tekort schiet, waardoor de gemeente zijn grip op het programma verliest en het college en de raad niet meer tijdig kunnen bijsturen.

Onderwijs

Open einde regeling Participatiewet (Pw-budget)

Het PW-budget (v/h WWB BUIG-budget) is voor de gemeente Gouda sinds 2011 onvoldoende gebleken om de uitkeringen in het kader van de Participatiewet te betalen. Kenmerkend voor dit budget is dat deze een open einde regeling is. Vooraf is niet duidelijk hoe de bijstandsvraag zich zal ontwikkelen en in hoeverre het budget wordt overschreden. Gemeenten moeten een tekort op hun budget voor de Participatiewet zelf opvangen.

Negatieve effecten objectief verdeelmodel (impact is groter aals gevolg van cumulatie regelingen en niet-beïnvloedbare indicatoren). Vangnetregeling: er blijft een eigen risico van 7,5% op het tekort; van 7,5%-12,5% is het risico 50% en bij een hoger tekort dan 12,5% wordt 100% gecompenseerd door het Rijk. Drie momenten van vaststelling budget door het Rijk: voorlopige budget, nader voorlopig budget en definitief budget.

Werk en inkomen

MO overig (geen kaart)

Overige risico´s in het sociaal domein.

Covid-19

Lagere opbrengsten uit heffingen en leges

Substantieel lagere inkomsten uit heffingen en leges. Minder bezoekers aan de stad, waardoor parkeeropbrengsten achter blijven. Minder toeristen en bezoekers. Horeca zwaar getroffen door sluiting en beperkende maatregelen. Risico is dat opbrengsten structureel achterblijven.

Covid19

Lagere inkomsten uit verhuur of exploitatie

Vanuit de gemeente zijn maatregelen getroffen om huurders van gemeentelijk vastgoed waar nodig tegemoet te komen, dit betreft o.a. huurkorting en huuropschorting. Dit geeft ondernemers meer ruimte in hun liquiditeit, waardoor hun kaspositie meer op peil blijft. Het risico van uitstel is dat er betalingsachterstanden en invorderingsproblemen kunnen ontstaan. College heeft besloten zich in te zetten voor enigerlei compensatie in cultuur en sportsector.

Covid19

Cultuurinstellingen die in financiële nood komen

Na een periode van sluiting, kunnen culturele organisaties weer opstarten met beperkende maatregelen. Door de sluiting, de beperkingen qua publieksaantallen en de extra kosten die de maatregelen met zich meebrengen, komen culturele organisaties, groot en klein, in de problemen door het wegvallen van en vermindering van inkomsten. Meerdere organisaties benaderen de gemeente voor (financiële) steun. Indien de effecten van Covid19 meerjarig aanhouden, is de verwachting dat het verdienmodel van de cultuursector structureel onder druk komt te staan. Dit kan effecten hebben op het subsidiebeleid.

Covid19

Toename bijstand

De landelijke werkloosheid loopt sterk op vanaf medio maart en dit zien we ook in Gouda. Dit heeft gevolgen voor de instroom in de reguliere bijstand. Toenemend beroep op bijstand in de eerste maanden al merkbaar. Dit is een landelijk beeld wat je ook bij andere gemeenten ziet.

Covid19

Extra kosten afvalverwerking

Landelijk beeld is dat tussen de 20 en 25 procent meer afval ontstaat bij huishoudens. Extra verwerkingskosten zijn over het algemeen niet begroot. De ophaalkosten zullen naar verwachting beperkt hoger zijn. Vooral de ingezamelde hoeveelheid, de verwerkingskosten, zullen hoger worden.

Covid19

Extra financiële steun verbonden partijen/deelnemingen

Risico op discontinuïteit van verbonden partijen en maatschappelijke instellingen.Verwachting is dat extra financiële steun nodig is. Voorbeeld Veiligheidsregio: stijging kosten deels vanuit het Rijk. Deel meerkosten verwacht later bij gemeenten. Promen verwacht een tekort voor de gehele GR tussen de 1 en 1,5 miljoen euro. Promen heeft aan de opbrengstenkant een verlies van € 300.000 per maand en aan de kostenkant extra uitgaven (o.a. extra vervoer van medewerkers naar hun externe werkplek). RDOG houdt rekening met omzetderving van 1,5 tot 2 miljoen euro en daar bestaat het risico dat algemene reserve door gemeenten moet worden aangevuld.

Covid19

Toename beroep op borgstellingen en garanties

Gemeenten staan borg voor de rente- en aflossingsverplichtingen van organisaties zoals culturele instellingen, voetbalclubs, bibliotheek, etc. Als een partij niet kan voldoen aan de verplichting jegens de bank dan zal de bank de gemeente aanspreken de betalingsverplichting over te nemen of de schuld over te nemen bij een faillissement (afhankelijk van de gevestigde zekerheden).
De boekwaarde van het totaal aan borgstellingen met hoger/hoog risicoprofiel is
€ 7.900.000 en het totaal aan borgstellingen met een lager risicoprofiel € 22.700.000.

Covid19

Extra uitgaven stimulering lokale economie

Door de crisis zullen meerdere ondernemers en winkels failliet gaan. Dit leidt tot meer leegstand in het centrum, minder activiteiten, etc waardoor de gemeente extra beleid ontwikkeld met bijbehorende kosten om de lokale economie weer een zwengel te geven.

Covid19

De toekomstige kasstromen bij grondexploitaties leveren per definitie risico’s op. Opbrengsten kunnen tegenvallen, terwijl ook de kosten hoger kunnen uitvallen. Deze risico’s kunnen worden gekwantificeerd, waarbij ervan uit wordt gegaan dat er een kans bestaat dat opbrengsten en kosten met 10% tegenvallen. Het benodigd weerstandsvermogen voor grondexploitaties komt dan uit op € 5.302.000.

Voor de going concern risico wordt een Monte Carlo simulatie uitgevoerd. De resultaten kunnen als volgt worden weergegeven:

De simulatie die is uitgevoerd met betrekking tot de overige procesrisico’s (going concern) levert een benodigd weerstandsvermogen op van € 13.274.000. Daarbij wordt het gebruikelijke zekerheidspercentage van 90% gehanteerd.

Het benodigd weerstandsvermogen voor 2020 en verder bedraagt dan bij het opmaken van deze begroting € 18.577.000. Hierbij zij gesteld dat dit beeld een momentopname betreft uit september 2020. Gedurende 2020 kan het risicoprofiel wijzigen en kan ook de stand van de algemene reserve veranderen.

Beoordeling ratio weerstandsvermogensontwikkeling weerstandscapaciteit

Door het beschikbaar weerstandsvermogen te delen door het benodigd weerstandsvermogen wordt de ratio weerstandsvermogen van de gemeente verkregen.

In onderstaande tabel is de ontwikkeling meerjarig weergegeven.

Omschrijving (bedragen * € 1.000)

2021
na resultaat /
1e begr.wijz. 2020

2022

2023

2024

stand per 1 januari

Beschikbaar weerstandsvermogen

28.459

28.169

30.207

33.936

Benodigde weerstandscapaciteit:

Going concern

13.274

13.274

13.274

13.274

GREX

5.302

5.302

5.302

5.302

Totaal benodigde weerstandscapaciteit

18.577

18.577

18.577

18.577

Weerstandsratio

1,53

1,52

1,63

1,83

Aangezien de inschatting van het benodigd weerstandsvermogen een momentopname betreft, terwijl het beschikbare weerstandsvermogen meerjarig wordt berekend, rijst de vraag in hoeverre het juist is, om de ratio meerjarig weer te geven. Over een jaar zal het benodigd weerstandsvermogen immers lager zijn, omdat met name de grondexploitaties dan verder zijn gevorderd (met een navenante risicoreductie als gevolg). Overwogen kan worden om in komende begrotingen de ratio enkel voor het begrotingsjaar te presenteren, een werkwijze die in steeds meer gemeenten gevolgd wordt.

Door de beschikbare weerstandscapaciteit te delen met de benodigde weerstandscapaciteit kan een kwalificatie worden gegeven over de toereikendheid van de weerstandscapaciteit.

Hiervoor wordt onderstaande tabel gehanteerd:

Waardering

Ratio

Betekenis

A

>2,0

Uitstekend

B

1,4-2,0

Ruim voldoende

C

1,0-1,4

Voldoende

D

0,8-1,0

Matig

E

0,6-0,8

Onvoldoende

F

< 0,6

Ruim onvoldoende

Het beschikbaar weerstandsvermogen moet minimaal gelijk zijn aan het benodigd weerstandsvermogen om voldoende weerstand te kunnen bieden als de risico’s zich daadwerkelijk voordoen.

De weerstandsratio kan voor Gouda primo 2021 als volgt worden berekend: 28.459.000/18.570.000 = 1,53 en kwalificeert dan ook als ruim voldoende.